Als de inspecteur een aanslag op naam van een niet meer bestaande bv niet op de juiste
wijze bekend maakt, moet deze aanslag worden vernietigd.
Op 13 juni 2018 kondigt de Belastingdienst een boekenonderzoek aan bij een bv die
een administratie- en belastingadvieskantoor exploiteert. Deze bv wordt echter op
1 november 2018 ontbonden. Diezelfde dag vindt een zogeheten turboliquidatie van de
bv plaats. Op 13 maart 2019 begint de fiscus met het boekenonderzoek bij de bv. De
uitschrijving van de bv uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel vindt
plaats op 5 april 2019. Eind augustus 2019 legt de Belastingdienst de bv een navorderingsaanslag
Vpb 2015 en een naheffingsaanslag OB op over 2015 – 2017. Daarbij moet de bv ook belastingrente
en vergrijpboetes betalen. De bv gaat in beroep tegen deze aanslagen, boetes en belastingrente.
Schuldeiser kan opkomen Hof Arnhem-Leeuwarden verwerpt het standpunt dat de belastingaanslagen moeten worden
vernietigd, omdat zij zijn vastgesteld op naam van een niet meer bestaande rechtspersoon.
Het vaststellen van belastingaanslagen ten name van een niet meer bestaande rechtspersoon
is niet zinloos, omdat er nog steeds een schuldeiser kan opkomen. De belastingaanslagen
zijn daarom in eerste instantie terecht vastgesteld.
Aanslag alleen naar laatst bekende adres verstuurd Maar het hof stelt ook vast dat de belastingaanslagen niet op de voorgeschreven wijze
zijn bekendgemaakt. Ze zijn namelijk alleen verzonden naar het laatst bekende adres
van de bv. Dit maakt de bekendmaking niet rechtsgeldig. De ex-partner van de bestuurder/enig
aandeelhouder van de bv is namens haar en zichzelf opgekomen tegen de belastingaanslagen.
Maar het bezwaar en (hoger) beroep zijn niet-ontvankelijk verklaard. Het hof vernietigt
de belastingaanslagen en beschikkingen inzake belastingrente omdat de termijnen voor
navordering en naheffing zijn verstreken.
Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden 23-07-2024 (gepubl. 09-08-2024).