Inhoud
- Benut HIR uit 2022 vóór 2026. 3
- Corrigeer tijdig willekeurige afschrijving voor investeringen in 2023 3
- Benut eerder gemiste investeringsaftrek. 3
- Optimaliseer investeringen voor KIA.. 3
- Gebruik tijdig KIA-bedrijfsmiddel 3
- Verkoop ‘nieuw’ bedrijfsmiddel in 2026. 4
- Begin tijdig met aanvraag voor Milieulijst 2027. 4
- Vraag snel WBSO 2026 aan. 4
- Investeer in cybersecurity vóór 31 oktober 2025 voor subsidie 5
- Voltooi de 1.225 uren. 5
- Wacht met bijbaan tot na jaarwisseling. 5
- Maak haast met jouw verhuizing. 5
- Voldoe familieschuld voor investering. 5
- Verreken IB-verlies uit 2016. 6
- Verzoek om navorderingsaanslag. 6
- Maak gebruik van het overgangsjaar voor FGR-herstructurering 6
- Bereid FGR voor op overgangsrecht 6
- In vordering op bv na 1 januari 2026. 6
- Verreken verliezen vóór belangenwijziging. 7
- Wacht met afstoten van werkzaamheden. 7
- Zet ab-verlies om in belastingkorting. 7
- Controleer voordeel van hypotheek bij bv. 7
- Los af op je schuld aan je bv. 8
- Deponeer tijdig jaarrekening van bv. 8
- Breng belastingschulden de bv in. 8
- Bepaal fiscaal optimaal dga-loon 2026. 8
- Optimaliseer omvang winst voor verliesverrekening. 8
- Optimaliseer lucratiefbelangregeling. 8
- Optimaliseer verliesverrekening voormalige VBI-structuren 8
- Profiteer van lagere. 9
- Geef tbs-inkomen alsnog op in 2025. 9
- Toets verrekenprijzen op zakelijkheid. 9
- Regel tijdig dollaraangifte. 9
- Bereid voor op. 9
BTW EN OVERDRACHTSBELASTING.. 9
- Corrigeer btw auto in 4e kwartaal 2025. 9
- Dien tijdig suppletieaangifte btw in. 9
- Zorg voor correcte btw-behandeling. 10
- Verwerk BUA-correctie in slotaangifte 2025. 10
- Reik vóór 28 januari 2026 90%-verklaring uit 10
- Vraag vóór 4 december 2025 om toepassing KOR 2026. 10
- Pas als niet-Nederlandse ondernemer KOR toe voor 2026 10
- Vraag vóór 4 december 2025 om beëindiging KOR 2026. 10
- Start vóór 2026 werkzaamheden voor werk-bv. 11
- Vraag btw over 2024 terug. 11
- Controleer voorwaarden FE btw.. 11
- Zeg tijdelijk contract op vóór 1 december 2025. 11
- Controleer overeenkomsten ter voorkoming van schijnzelfstandigheid 11
- Vorm voorziening voor transitievergoeding. 11
- Plan contractverlengingen voor WWZ-optimalisatie. 12
- Bereid organisatie voor op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden uitzendkrachten 12
- Sluit administraties op elkaar aan. 12
- Voorkom bijtellingsverhoging. 12
- Leg bijtelling fiets vast vóór 31 december 2025. 12
- Check resterende vrije ruimte 2025. 12
- Keer gebruikelijke bonus in 2025 onbelast uit 13
- Maak afspraken over thuiswerken. 13
- Plan RVU nog voor 31 december 2025. 13
- Richt vóór 2026 personeelsfonds op. 13
- Houd personeelsfeestje 2026 op de zaak. 13
- Pas op met de concernregeling voor 2026. 14
- Check of de sectorindeling voor 2026 klopt 14
- Voltooi afsluiting loonadministratie 2025. 14
- Check vóór 2026 administratie van uitzendkrachten. 14
- Pas vóór 14 december 2025 jouw aangiftetijdvak aan. 14
- Verleg inhoudingsplicht binnen concern. 14
- Zorg voor 31 december 2025 voor een nieuwe A1-verklaring 14
- Verleng werkvergunningen vóór 2026. 15
- Breng gevolgen wijziging 30%-regeling in kaart 15
- Bepaal de werkelijke extraterritoriale kosten. 15
- Check gebruik van bedrijfsauto in 2026. 15
- Bewaak de grens van 500 privékilometers 15
- Laat werknemer zijn boetes betalen. 16
- Benut definitieve box 3-vrijstelling 2026. 16
- Vraag snel om teruggaaf over 2020. 16
- Vraag in 2025 nog middeling aan. 16
- Schenk in 2025 aan 39-jarig kind. 16
- Laat kind onderhoud aan woning in 2025 afronden. 16
- Voeg giften zoveel mogelijk samen. 16
- Doneer in 2025 aan culturele instelling. 17
- Zet jouw gewone giften om in periodieke giften. 17
- Betaal jouw ziektekosten vooruit 17
- Sluit nog in 2025 samenlevingscontract 17
- Betaal nog in 2025 lijfrentepremie. 18
- Los kleine schulden vóór 2026 af 18
- Doe nog in 2025 grote uitgaven. 18
- Betaal belastingaanslagen vóór 2026. 18
- Dien vóór 1 november 2025 jouw verzoek om een voorlopige aanslag in 18
- Overweeg een bezwaar tegen een eind 2024 opgelegde box 3–aanslag 18
- AOW’er moet tijdig beginnen met bedrijf 19
- Gebruik overgangsrecht 19
- Cryptovaluta en DAC8-rapportage. 19
- Maximaliseer schenkingsvrijstellingen. 19
- Verlaag toetsingsvermogen toeslagen vóór 1 januari 2026. 19
- Inkomensdaling doorgeven voor toeslagherberekening. 19
- Stel verkoop (hypotheekvrije) woning uit tot 2026. 19
- Betaal hypotheekrente 2026 vooruit 20
- Los hypotheek in 2025 af 20
- Overweeg aflossingsachterstand bij lening van je bv. 20
- Ga in 2025 een schuld voor verbouwing aan. 20
- Koop in 2025 of 2026 economische eigendom.. 20
ALLE ONDERNEMERS
1. Benut HIR uit 2022 vóór 2026
Heb je in 2022 een bedrijfsmiddel verkocht en daarbij fiscale boekwinst ondergebracht in een herinvesteringsreserve (HIR)? Dan heb je tot 31 december 2025 de tijd om opnieuw te investeren. Bij vertraging door bijzondere omstandigheden kan de Belastingdienst de driejaarstermijn verlengen.
Tip
Leg jouw herinvesteringsvoornemen regelmatig schriftelijk vast. Als de inspecteur meent dat het voornemen er niet meer is, wordt de HIR belast. Het is voldoende om het voornemen aannemelijk te maken met offertes, correspondentie of besluiten. Bewaar in geval van vertraging documenten die bijzondere omstandigheden bewijzen.
2. Corrigeer tijdig willekeurige afschrijving voor investeringen in 2023
Voor de willekeurige afschrijving voor investeringen in 2023 is bepaald dat een correctie moet plaatsvinden als het bedrijfsmiddel niet uiterlijk 31 december 2025 aan de voorwaarden voldoet. Als zich bijzondere omstandigheden voordoen, kan deze einddatum worden uitgesteld.
Tip
Controleer vóór 31 december 2025 of bedrijfsmiddelen waarop in 2023 willekeurige afschrijving is toegepast daadwerkelijk voldoen aan de gestelde voorwaarden. Twijfel je over het tijdig voldoen aan de voorwaarden, dan meld je bijzondere omstandigheden schriftelijk bij de Belastingdienst om uitstel te verkrijgen.
Let op!
Voldoet het bedrijfsmiddel niet tijdig aan de voorwaarden en is er geen goedgekeurd uitstel? Dan moet de eerder toegepaste willekeurige afschrijving worden gecorrigeerd, wat kan leiden tot naheffing van vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting plus belastingrente.
3. Benut eerder gemiste investeringsaftrek
De investeringsaftrek kent drie vormen: kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA), energie-investeringsaftrek (EIA) en milieu-investeringsaftrek (MIA). Ben je in 2020 vergeten investeringsaftrek te claimen? Dan kun je in 2025 nog een verzoek tot ambtshalve vermindering indienen. Dit is echter het laatste jaar voor investeringen uit 2020.
Tip
Voor het recht op EIA en MIA moeten investeringen binnen drie maanden na de investeringsverplichting bij de RVO worden gemeld. Het is niet mogelijk om beide regelingen voor dezelfde investering te gebruiken.
4. Optimaliseer investeringen voor KIA
Wil je in 2025 nog extra investeren in bedrijfsmiddelen? Besef dan dat de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) vervalt als de investeringen meer bedragen dan € 392.230. Vanaf een totaalbedrag aan investeringen van meer dan € 130.744 begint de maximale KIA van € 19.769 al af te nemen. Als de KIA (deels) verloren dreigt te gaan, kan het beter zijn de investering uit te stellen tot 2026. Een investering wordt toegerekend aan het jaar waarin je verplichtingen aangaat. Bij het aangaan van verplichtingen valt te denken aan het plaatsen van een order, het akkoord gaan met een offerte of het tekenen van een koopcontract.
Let op!
Maakt jouw onderneming deel uit van een vof of ander samenwerkingsverband? Kijk dan voor het berekenen van de KIA naar de totale investering van de vof en naar jouw buitenvennootschappelijke investeringen. Het gaat dus niet om de investeringen van elke vennoot afzonderlijk.
5. Gebruik tijdig KIA-bedrijfsmiddel
Als je nog voor 1 januari 2026 investeringsverplichtingen aangaat voor een bedrijfsmiddel, mag je daarover de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) toepassen in 2025. Tot het bedrijfsmiddel in gebruik is genomen, wordt de KIA voor dat jaar echter beperkt tot het bedrag dat aan het einde van het jaar voor die investering is betaald. Het meerdere is aftrekbaar als KIA in het jaar daarna. Je kunt de KIA in 2025 dus volledig benutten als je een aanbetaling doet, zodat de totale betaling in 2025 minimaal gelijk is aan het bedrag van de KIA voor 2025.
Tip
Als je het bedrijfsmiddel al in 2025 in gebruik neemt, kun je de KIA in 2025 claimen ongeacht het reeds betaalde bedrag.
6. Verkoop ‘nieuw’ bedrijfsmiddel in 2026
Overweeg je bedrijfsmiddelen te verkopen die je in 2021 hebt gekocht? En heb je investeringsaftrek gekregen over de toenmalige investering in deze bedrijfsmiddelen? Probeer dan de verkoop uit te stellen tot na de jaarwisseling. Anders loop je aan tegen de desinvesteringsbijtelling. Dat betekent dat je een deel van de investeringsaftrek moet terugbetalen. De desinvesteringsbijtelling bedraagt maximaal de destijds genoten investeringsaftrek. De desinvesteringsbijtelling kan achterwege blijven als je de bedrijfsmiddelen voor maximaal € 2.900 verkoopt.
Let op!
De desinvesteringsbijtelling doet zich ook voor bij andere vormen van vervreemding. Als je een bedrijfsmiddel overbrengt naar jouw privévermogen, vormt dit een fictieve vervreemding. In zulke situaties neemt de fiscus de waarde in het economische verkeer als overdrachtsprijs.
Let op!
Als je binnen twaalf maanden na het aangaan van de investeringsverplichting niet minimaal 25% van het investeringsbedrag hebt betaald, telt dit ook als een desinvestering.
7. Begin tijdig met aanvraag voor Milieulijst 2027
Wil je in een product investeren dat volgens jou op de Milieulijst 2027 moet komen te staan? Bereid daartoe dan een verzoek voor en dien dat vanaf 1 januari 2026 in via het formulier op rvo.nl. De deadline voor voorstellen voor de Milieulijst 2026 is al verstreken op 15 augustus 2025. Tegen het einde van elk jaar wordt de nieuwe Milieulijst gepubliceerd in de Staatscourant en op de website van de RVO. Vier weken na de publicatie neemt de RVO contact op met degenen die een voorstel hebben ingediend. Bij afwijzing van het voorstel geeft de RVO een motivering.
Tip
Je kunt ook een verzoek indienen voor opname van jouw type bedrijfsmiddel op een zogeheten ‘positieve lijst’. Dit zijn lijsten waarop merken en typen van bedrijfsmiddelen staan genoemd. Van deze merken en typen is bij de RVO bekend dat deze aan de eisen kunnen voldoen van een codeomschrijving op de Milieulijst. Dit stelt de RVO vast op basis van technische specificaties die zijn ontvangen van leveranciers. Aan vermelding op een positieve lijst kun je echter geen rechten ontlenen.
8. Vraag snel WBSO 2026 aan
Je kunt de (loon)kosten van jouw speur- en ontwikkelingsproject in 2026 verlagen door een zogeheten tegemoetkoming op grond van de WBSO te claimen. Ondernemers met personeel in dienst kunnen deze tegemoetkoming uiterlijk op vrijdag 20 december 2025 aanvragen voor projecten die starten op 1 januari 2026! Voor projecten die later in 2026 starten kun je tot 30 september 2026 aanvragen indienen.
Let op!
De WBSO is in 2025 op bepaalde punten verruimd. In 2026 blijft die verruiming in stand. Voor de eerste schijf geldt een grensbedrag van € 391.020. Het bijbehorende percentage is 36%. Voor starters geldt een tarief van de eerste schijf van 50%. Het tweede-schijftarief is 16%. Voor zelfstandigen bedraagt de S&O-aftrek in 2025 € 15.738, met een aanvullende startersaftrek van € 7.875.
- Investeer in cybersecurity vóór 31 oktober 2025 voor subsidie
De ‘Mijn Cyberweerbare Zaak’ subsidie van maximaal € 1.250 loopt van 18 juli tot 31 oktober 2025. Ondernemers met minder dan 50 medewerkers en een omzet onder de € 10 miljoen kunnen cybersecurityinvesteringen gesubsidieerd krijgen.
IB-ONDERNEMERS
10. Voltooi de 1.225 uren
Als ondernemer heb je misschien recht op diverse ondernemersfaciliteiten in de inkomstenbelasting. Denk bijvoorbeeld aan de zelfstandigenaftrek en de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk. Om deze faciliteiten te kunnen benutten, moet je voldoen aan het zogeheten urencriterium. Dat betekent onder andere dat je in 2025 minimaal 1.225 uren moet besteden aan jouw onderneming. Dat valt aannemelijk te maken met een urenadministratie. Twijfel je of je genoeg uren voor jouw onderneming hebt gewerkt? Maak dan nog wat extra uren, zodat je wel aan de 1.225 uren komt.
Let op!
Bij een onderbreking vanwege zwangerschap tellen de uren die de onderneemster normaal gesproken wel zou hebben gewerkt in de 16 weken rondom de bevalling, toch mee. Bij arbeidsongeschiktheid geldt een verlaagd urencriterium van 800 uur. Als je naast je onderneming ook in loondienst werkt, moet je meer dan 50% van je totale arbeidstijd aan je bedrijf besteden – tenzij je in één van de vijf voorafgaande jaren geen ondernemer was.
11. Wacht met bijbaan tot na jaarwisseling
Om te voldoen aan het urencriterium moet je meer dan 50% van jouw totale arbeidstijd besteden aan jouw onderneming. Daarom is het beter om een bijbaan in dienstbetrekking uit te stellen tot januari 2026, zodat je zeker bent van je ondernemersfaciliteiten over 2025.
Tip
De 50%-eis geldt niet als je in één van de voorgaande vijf kalenderjaren geen ondernemer was. Startende ondernemers hoeven dus alleen te voldoen aan de eis van 1.225 uur.
12. Maak haast met jouw verhuizing
Heb je jouw onderneming begin 2024 verplaatst en ben je bezig met een verhuizing om dichter bij je werk te wonen? Rond de verhuizing snel af. Zo stel je de fiscale aftrekpost voor verhuizing vanwege een onderneming veilig. De aftrekpost is gelijk aan de kosten van het overbrengen van de inboedel plus € 7.750. Voor verhuiskosten vanwege de onderneming geldt: de verhuizing moet plaatsvinden binnen twee jaar na verplaatsing van je onderneming, de afstand tussen woning en werk was vóór verhuizing minstens 25 kilometer en wordt door verhuizing minstens 60% kleiner.
Tip
Als je niet voldoet aan deze voorwaarden kun je alsnog aantonen dat je verhuizing zakelijk is. Bijvoorbeeld als je door toenemende diefstallen binnen 15 minuten ter plaatse moet zijn, of als de verhuizing noodzakelijk is voor je onderneming. Je hebt dan echter minder zekerheid bij de Belastingdienst.
13. Voldoe familieschuld voor investering
In beginsel mag je als ondernemer geen investeringsaftrek toepassen voor verplichtingen met bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of personen uit jouw huishouden. Je kunt via jouw aangifte de Belastingdienst verzoeken deze beperking achterwege te laten. De inspecteur zal de aftrek terugnemen (desinvesteringsbijtelling) als je de verplichting niet nakomt. Hetzelfde geldt bij een verandering van de verplichting binnen vijf jaar na aanvang van het kalenderjaar waarin je de verplichting aanging. Als je in 2021 zo’n verplichting bent aangegaan, moet je dus vóór 1 januari 2026 de verschuldigde rente en aflossing betalen.
Tip
Lukt betaling niet? Maak dan aannemelijk dat de afwijking op zakelijke gronden berust. Dit geldt voor alle vormen van investeringsaftrek: KIA, EIA en MIA.
Let op!
Lenen van familie voor een investering is wel toegestaan, aankopen niet.
14. Verreken IB-verlies uit 2016
Heb je in 2016 met jouw IB-onderneming een fiscaal verlies geleden dat je nog niet volledig hebt verrekend? Doe dan dit jaar niet te veel aan fiscaal winstuitstel. Je kunt bijvoorbeeld proberen om een fiscale boekwinst op een bedrijfsmiddel te laten vrijvallen. Of stuur aanmaningen naar debiteuren en verzend nieuwe facturen tijdig. Voor zover je het verlies uit 2016 niet verrekent met winst uit 2025, is dit verlies per 1 januari 2026 niet meer verrekenbaar.
Tip
Voor IB-ondernemers geldt een verliesverrekeningstermijn van drie jaar achterwaarts en negen jaar voorwaarts.
15. Verzoek om navorderingsaanslag
Merk je dat je een fout hebt gemaakt in jouw aangifte inkomstenbelasting 2024, waardoor je te weinig belasting hebt betaald? Je kunt deze fout herstellen door zelf de Belastingdienst te verzoeken om een navorderingsaanslag op te leggen. Zo kun je bovendien belastingrente besparen. De fiscus berekent namelijk de belastingrente bij een navorderingsaanslag IB 2024 over de periode van 1 juli 2025 tot de datum waarop de inspecteur de navorderingsaanslag oplegt. Als de inspecteur de navorderingsaanslag vaststelt naar aanleiding van jouw verzoek, eindigt de renteperiode uiterlijk twaalf weken na ontvangst van jouw verzoek. Momenteel bedraagt de belastingrente voor de inkomstenbelasting 6,5%.
Let op!
Als je de belastingaanslag niet op tijd betaalt, brengt de Belastingdienst ook nog invorderingsrente in rekening van 4%. Die rente komt dus boven op de belastingrente.
VENNOOTSCHAPPEN EN DGA’S
16. Maak gebruik van het overgangsjaar voor FGR-herstructurering
Door een aanpassing in het overgangsrecht mogen open fondsen voor gemene rekening (FGR) die vóór 1 januari 2025 het voornemen hadden om te herstructureren, onder voorwaarden tijdelijk fiscaal transparant blijven. Zorg dat alle participanten uiterlijk 28 februari 2026 instemmen. Dit voorkomt dat het FGR gedurende 2025 en 2026 onnodig zelfstandig belastingplichtig wordt. Het overgangsrecht loopt tot 1 januari 2028.
17. Bereid FGR voor op overgangsrecht
FGR’s die tot 2024 fiscaal transparant waren kunnen tijdelijk kiezen om niet als belastingplichtig te worden aangemerkt. Alle participanten moeten uiterlijk 28 februari 2026 instemmen met voortzetting van het overgangsrecht. Dit voorkomt kortstondige belastingplicht in 2025 en 2026. Het overgangsrecht geldt tot uiterlijk 1 januari 2028.
18. In vordering op bv na 1 januari 2026
Als je een vordering op jouw bv wil innen, wacht daar dan mee tot na 1 januari 2026. Op die manier voorkom je dat het geldbedrag dat je ontvangt meteen in de rendementsgrondslag van box 3 voor het jaar 2026 valt. Het forfaitaire rendement voor overige bezittingen blijft in 2026 naar verwachting gelijk en de vrijstelling stijgt naar € 59.357.
Let op!
De zaak is gecompliceerder als je vanuit jouw privévermogen een lening van maximaal drie maanden hebt verstrekt. De Belastingdienst past in zo’n geval een sanctie toe: de vordering wordt in box 3 belast en het voordeel uit terbeschikkingstelling in box 1. Deze sanctie kan ook gelden bij leningen van drie tot zes maanden, tenzij je aantoont dat jouw handelingen voor meer dan 50% op zakelijke overwegingen zijn gebaseerd.
19. Verreken verliezen vóór belangenwijziging
Vennootschapsbelastingplichtige lichamen kunnen geleden verliezen verrekenen met behaalde winsten. Een verlies is te verrekenen met de winst van het vorige jaar en de winsten van de volgende jaren. Vindt in een jaar een wijziging in het uiteindelijk belang van de bv plaats van 30% of meer in vergelijking met het oudste jaar waarvan een verlies is te verrekenen? In beginsel zijn de verliezen die zijn geleden vóór deze belangenwijziging niet meer te verrekenen met winsten die na de belangenwijziging zijn behaald. Als je plannen hebt om een groot deel van jouw belang in jouw bv over te dragen aan een derde, kan verliesverdamping dreigen. Laat in zo’n situatie een voorziening of een fiscale reserve vrijvallen. Of verkoop bedrijfsmiddelen met stille reserves aan een gelieerde vennootschap.
Let op!
Sinds 2022 is de verliesverrekening per jaar beperkt tot € 1 miljoen vermeerderd met 50% van de winst voor zover die een bedrag van € 1 miljoen overtreft. Een verliesoverschot wordt doorgeschoven.
20. Wacht met afstoten van werkzaamheden
Als het uiteindelijk belang in een bv met compensabele verliezen voor meer dan 30% wijzigt ten opzichte van het oudste openstaande verliesjaar, dreigt een beperking van de verliesverrekening. Deze beperking kan achterwege blijven als verliezen zijn geleden in een belastingjaar waarin de bezittingen van de bv gedurende minimaal negen maanden niet grotendeels bestonden uit beleggingen. Daarbij geldt bovendien de eis dat vlak vóór de belangenwijziging de werkzaamheden van de bv niet zijn afgenomen tot minder dan 30% van de gezamenlijke omvang van de werkzaamheden bij het begin van het oudste compensabele verliesjaar.
Tip
Wie aandelen heeft in een lichaam met compensabele verliezen doet er goed aan een afweging te maken voordat hij werkzaamheden afstoot. Misschien is het beter te wachten met afstoten van werkzaamheden met een laag, maar nog wel positief rendement totdat de compensabele verliezen zijn verrekend.
Let op!
De verliesverrekening wordt ook beperkt als op het tijdstip van de belangenwijziging een voornemen bestaat om binnen drie jaar alsnog de werkzaamheden van de bv zo sterk te laten inkrimpen.
21. Zet ab-verlies om in belastingkorting
Stel, je hebt in 2024 en 2025 geen aanmerkelijk belang (ab) meer, maar nog wel een openstaand verlies uit ab. Zet dit verlies in 2025 nog om in een belastingkorting ter grootte van 24,5% van het openstaande ab-verlies. De belastingkorting mag je aftrekken van de inkomstenbelasting over de box 1-inkomens van het verliesjaar en de zeven daaropvolgende jaren. Voor zover een belastingkorting bestaat uit een verlies dat meer dan negen jaar geleden is geleden, komt het te vervallen.
Tip
Je kunt pas vanaf het tweede jaar na het jaar waarin geen ab meer bestond een verzoek indienen. Heb je bijvoorbeeld in maart 2023 je laatste aandelen verkocht? Dan kun je vanaf januari 2025 verzoeken om omzetting. Het is verstandig niet te lang te wachten: het verlies verdampt na negen jaar definitief.
22. Controleer voordeel van hypotheek bij bv
In 2026 geldt in box 1 een maximale hypotheekrenteaftrek van 37,56% (in 2025: 37,48%). In box 3 levert een hypotheek bij een schuld van minimaal € 3.800 een rendement op van naar verwachting –2,62% (2025). Dga’s kunnen hun lening aflossingsvrij maken, zodat deze naar box 3 overgaat.
Let op!
Leningen van vóór 2013 kwalificeren ook als zij aflossingsvrij zijn als eigenwoningschuld en kunnen niet naar box 3 worden overgeheveld.
Let op!
Vanaf 1 januari 2028 geldt een box 3-stelsel op basis van werkelijke rendementen. Bij voldoende box 3-vermogen kan de rente dan aftrekbaar worden in box 3. Denk aan deze stelselwijziging bij het omzetten of afsluiten van schulden.
23. Los af op je schuld aan je bv
Verwacht je per 31 december 2025 een schuld aan je bv van meer dan € 500.000 te hebben? Het meerdere wordt gezien als fictieve winstuitdeling en is belast. Overweeg daarom (een deel van) de schuld te herfinancieren bij een bank. Eigenwoningschulden vallen buiten deze regeling als de bv daarvoor een recht van hypotheek heeft of de schuld op 31 december 2022 al bestond.
24. Deponeer tijdig jaarrekening van bv
Deponeer de jaarrekening uiterlijk acht dagen na de vaststelling ervan en uiterlijk twaalf maanden na afloop van het boekjaar. Voor een boekjaar van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 is de uiterste datum 31 december 2025. Bij faillissement kun je anders als bestuurder hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld.
Let op!
Als alle aandeelhouders tevens bestuurder of commissaris zijn, moet de jaarrekening uiterlijk 8 november van het volgende jaar worden gedeponeerd, tenzij de statuten hiervan afwijken.
Tip
Lukt deponeren niet op tijd en dreigt faillissement? Maak aannemelijk dat jouw late deponering geen belangrijke oorzaak van het faillissement is om aansprakelijkheid te voorkomen.
25. Breng belastingschulden de bv in
Vorderingen uit leningen aan derden zijn box 3-vermogen, maar grote belastingschulden zijn dat niet. Laat je bv vóór 1 januari 2026 zowel vorderingen als belastingschulden van jou overnemen. De schulden verminderen dan je box 3-vermogen tegen een negatief forfaitair rendement, wat box 3-belasting bespaart.
Let op!
Leidt de verrekening tot een vordering op je bv? Dan valt deze onder de terbeschikkingstellingsregeling, waardoor de rente in box 1 belast wordt. Overweeg daarom om alleen een deel van je vorderingen over te dragen als box 1-heffing onwenselijk is.
Het dga-loon blijft in 2026 waarschijnlijk € 56.000, maar mogelijk stijgt het naar € 57.000. Met de nieuwe box 1-tarieven (eerste schijf 35,75%, tweede schijf 37,56%) wordt de fiscale optimalisatie complexer. Bereken tijdig of extra salaris of dividend gunstiger uitpakt, aangezien het opstaptarief box 2 (24,5%) tot € 68.843 in 2026 aantrekkelijk blijft voor middeninkomens.
Sinds 2022 zijn verliezen in de vennootschapsbelasting onbeperkt voorwaarts verrekenbaar (tegen 50% boven € 1 miljoen winst). Plan winstrealisatie strategisch: concentreer winsten onder € 1 miljoen voor volledige verliesverrekening of spreid ze over meerdere jaren om optimaal gebruik te maken van de 50%-regel.
- Optimaliseer lucratiefbelangregeling
Vanaf 2028 stijgt de effectieve belastingdruk op middellijk gehouden lucratief belang van 31% naar 36% door een multiplier. Er is geen directe actie nodig op dit moment, maar monitor toekomstige wijzigingen. Overweeg komende jaren bepaalde voordelen te realiseren of onderzoek alternatieve beloningsstructuren voordat deze verzwaring ingaat.
29. Optimaliseer verliesverrekening voormalige VBI-structuren
Structuren die per 1 januari 2025 hun VBI-status hebben verloren, kunnen nog fiscale voordelen realiseren. Voormalige VBI-nv’s zijn nu vennootschapsbelastingplichtig en kunnen verliezen onbeperkt voorwaarts verrekenen. Transparant geworden FGR’s rekenen resultaten direct toe aan participanten. Realiseer strategisch nog in 2025 verliezen om deze te kunnen verrekenen met toekomstige winsten, of optimaliseer de timing van beleggingsverkopen om belastingdruk te spreiden.
Let op!
Er geldt geen overgangsregeling. Beoordeel voor het jaareinde welke portfolio-optimalisaties mogelijk zijn om de fiscale gevolgen van het verlies van de VBI-status te minimaliseren.
- Profiteer van lagere overdrachtsbelasting tweede woningen 2026
Het tarief voor woningen die niet als hoofdverblijf dienen, daalt van 10,4% naar 8% per 1 januari 2026. Overweeg de juridische levering van een tweede woning uit te stellen naar 2026 om te profiteren van deze 2,4%-punt besparing.
31. Geef tbs-inkomen alsnog op in 2025
Heb je vermogen ter beschikking gesteld aan je bv en de vergoeding niet als box 1-inkomen opgegeven? Vraag dan de inkeerregeling aan in 2025 voor de aangifte 2023. Doe je dit binnen twee jaar na de originele aangifte, dan ontvang je geen vergrijpboete. Keer je wel in, maar buiten de tweejaarstermijn, dan wordt de boete beperkt tot 60% van het maximum.
32. Toets verrekenprijzen op zakelijkheid
Neemt je vennootschap goederen of diensten af van gelieerde buitenlandse entiteiten, of levert zij hieraan prestaties? Pas dan zakelijke verrekenprijzen toe conform het arm’s-lengthbeginsel. Zonder marktconforme prijzen kan de inspecteur je winst in Nederland verhogen en in het buitenland verlagen. Controleer jaarlijks of je transferpricing-documentatie (inclusief masterfile en lokale vergelijkingen) je 2026-prijzen voldoende onderbouwt om fiscale correcties te voorkomen.
33. Regel tijdig dollaraangifte
Wil je vanaf 2026 je vennootschapsbelasting in dollars voldoen? Vraag dan vóór 1 januari 2026 een beschikking ‘Regeling functionele valuta’ bij de Belastingdienst aan.
Let op!
Na afgifte ben je voor tien jaar gebonden aan deze valutakeuze.
- Bereid voor op energiebelastingwijzigingen 2026
De energiebelasting op gas stijgt van € 0,70 naar € 0,73 per m³, terwijl de stroombelasting daalt van € 0,12 naar € 0,11 per kWh. De energiebelastingvermindering daalt met € 6 van € 635 naar € 629. Stem energiecontracten en investeringen in verduurzaming hierop af.
BTW EN OVERDRACHTSBELASTING
35. Corrigeer btw auto in 4e kwartaal 2025
Is in 2025 btw gefactureerd voor aanschaf, onderhoud of gebruik van een zakelijke auto? Deze btw is aftrekbaar als voorbelasting, zolang de auto voor belaste omzet is gebruikt. Bij privégebruik moet je in de laatste btw-aangifte van 2025 een correctie toepassen. Heb je het werkelijke privégebruik niet bijgehouden? Ga uit van 2,7% van de catalogusprijs (incl. btw en bpm). Voor auto’s ouder dan vijf jaar mag een forfait van 1,5% worden gebruikt.
Let op!
Woon-werkverkeer geldt voor de btw als privégebruik.
36. Dien tijdig suppletieaangifte btw in
Signaleer je in 2026 fouten in de btw-aangiften van 2025 (of de vijf voorgaande jaren)? Corrigeer te veel of te weinig afgedragen btw via een suppletieaangifte vóór 1 april 2026.
Tip
Is de correctie ≤ € 1.000? Verwerk deze dan in je eerstvolgende reguliere btw-aangifte in plaats van een afzonderlijke suppletie.
- Zorg voor correcte btw-behandeling cultuur en sport
Het verlaagde btw-tarief van 9% op cultuur, media en sport blijft behouden in 2026, maar het tarief op logies stijgt naar 21%. Controleer activiteiten en pas administratie en facturatie aan waar nodig voor een soepele overgang.
Let op!
Wordt in 2025 al een betaling gedaan voor logies die plaatsvindt in 2026 of later? Dan geldt al het tarief van 21% btw. Dit is ook zo bij vouchers die bestemd zijn voor logies in 2026 of later. Denk hierbij aan een cadeaubon voor een hotelovernachting in 2026.
38. Verwerk BUA-correctie in slotaangifte 2025
Heb je in 2025 btw afgetrokken op relatiegeschenken of personeelsverstrekkingen? Controleer of één werknemer of één relatie voor meer dan € 227 per persoon is bevoordeeld. Is dat het geval, dan corrigeer je in de btw-aangifte over het laatste tijdvak van 2025 de afgetrokken btw alsnog.
Let op!
De BUA-regeling geldt niet voor de fiets van de zaak. Voor eten en drinken aan personeel bestaan aparte btw-aftrekregels.
39. Reik vóór 28 januari 2026 90%-verklaring uit
Is er in 2024 een onroerende zaak aan jou geleverd en heb je samen met de verkoper geopteerd voor een btw-belaste levering? Reik dan vóór 28 januari 2026 een 90%-verklaring uit aan de verkoper en de Belastingdienst. Vermeld daarin of je de zaak voor minstens 90% gebruikt voor btw-belaste activiteiten. Voldoe je in het eerste of tweede jaar na levering niet aan het 90%-criterium, dan stelt de fiscus de levering met terugwerkende kracht vrij van btw. De verkoper verliest daarmee zijn aftrek en moet de eerder verrekende btw terugbetalen.
Let op!
In de koopovereenkomst kan zijn afgesproken dat je (deels) aansprakelijk bent voor de door de verkoper geleden schade.
40. Vraag vóór 4 december 2025 om toepassing KOR 2026
Ben je Nederlandse ondernemer met een jaaromzet in Nederland van ≤ € 20.000 (excl. btw) in zowel 2025 als (naar verwachting) 2026? Meld je dan uiterlijk 3 december 2025 aan voor de kleineondernemersregeling (KOR) per 1 januari 2026. Je rekent dan geen btw aan afnemers en hoeft geen btw-aangiften in te dienen, maar verliest wel het recht op btw-aftrek.
Tip
Pas je de KOR op 31 december 2025 al toe? Dan word je automatisch geacht tijdig te hebben verzocht voor 2026.
Tip
Is je omzet per jaar ≤ € 2.200 en ben je niet verplicht om je in te schrijven bij de KvK, dan hoef je je niet aan te melden voor 2026.
41. Pas als niet-Nederlandse ondernemer KOR toe voor 2026
Ben je in een andere EU-lidstaat gevestigd, met een Nederlandse jaaromzet van ≤ € 20.000 (excl. btw) in zowel 2025 als (naar verwachting) 2026 en heb je een EU-jaaromzet van ≤ € 100.000? Meld je dan uiterlijk 3 december 2025 aan voor de Europese kleineondernemersregeling (KOR) per 1 januari 2026. Je bent dan vrijgesteld in Nederland: je brengt geen btw in rekening, draagt geen btw af en vraagt geen voorbelasting terug.
42. Vraag vóór 4 december 2025 om beëindiging KOR 2026
Heb je je eerder aangemeld voor de KOR en loopt je driejaarstermijn nog tot uiterlijk eind 2025? Vraag dan uiterlijk 3 december 2025 aan de Belastingdienst om de KOR per 1 januari 2026 niet meer toe te passen.
43. Start vóór 2026 werkzaamheden voor werk-bv
Wil je dat jouw holding recht houdt op btw-aftrek voor managementdiensten aan je werkmaatschappij? Zorg dan dat de dga namens de holding nog in 2025 werkzaamheden verricht voor de werk-bv. Zo kwalificeert de holding als ‘moeiende’ holding en mag zij voorbelasting aftrekken voor zover de managementwerkzaamheden voor btw-belaste activiteiten zijn ingezet.
Tip
Een moeiende holding kan de btw op kosten van aankoop én verkoop van een meerderheidsbelang in de werkmaatschappij pro rata aftrekken wanneer zij btw-belaste (management)diensten verleent.
44. Vraag btw over 2024 terug
Heb je een vordering uit 2024 al langer dan een jaar als oninbaar aangemerkt? Verlaag dan in 2026 je periodieke btw-aangifte met de teruggaaf van de btw die je over die oninbare facturen in 2024 hebt afgedragen. Een aparte suppletie is niet nodig.
Let op!
Betaalt de debiteur later alsnog? Geef dan de eerder teruggevraagde btw in je aangifte opnieuw als verschuldigd aan.
45. Controleer voorwaarden FE btw
Vorm je samen met andere ondernemers financieel, organisatorisch en economisch een eenheid? Dien dan vóór 1 januari 2026 een verzoek om een beschikking fiscale eenheid (FE) btw in bij de Belastingdienst. Daarmee staat vast vanaf welke datum je als één btw-ondernemer wordt behandeld. Is er al een FE btw, controleer dan aan het einde van 2025 of je nog steeds voldoet aan de FE-voorwaarden (gezamenlijke leiding, centrale administratie, onderlinge risico- en winstverdeling). Zo voorkom je discussies over het ingangs- of uitstapmoment.
Tip
Het indienen van afzonderlijke btw-aangiften in een tijdvak sluit het bestaan van een FE niet uit, mits aan de FE-criteria is voldaan.
WERKGEVERS
46. Zeg tijdelijk contract op vóór 1 december 2025
Lopen tijdelijke arbeidsovereenkomsten binnen je bedrijf af op 31 december 2025? Informeer je werknemer schriftelijk vóór 1 december 2025 of je het contract verlengt of beëindigt. Deze aanzegverplichting van één maand geldt voor tijdelijke contracten van minimaal zes maanden. Bij het niet of te laat aanzeggen kan de werknemer een schadevergoeding van maximaal één bruto maandsalaris eisen.
Tip
Leg nu alvast voor heel 2026 de verloopdata van tijdelijke contracten vast en stel een reminder in je agenda in, zodat je twee à drie maanden van tevoren wordt gewaarschuwd. Overweeg de aanzegging per e-mail met ontvangstbevestiging te versturen als eenvoudig bewijs van tijdige kennisgeving.
- Controleer overeenkomsten ter voorkoming van schijnzelfstandigheid
Vanaf 1 januari 2026 start de Belastingdienst actief met handhaving op schijnzelfstandigheid. Werkgevers die feitelijk een arbeidsrelatie hebben, maar werken met overeenkomsten van opdracht, lopen risico op naheffingen en boetes. Controleer daarom vóór 31 december 2025 alle bestaande contracten op arbeidsrechtelijke kenmerken zoals gezag, persoonlijke arbeid en loonbetaling. Pas overeenkomsten aan of herkwalificeer de arbeidsrelatie om sancties in 2026 te voorkomen.
48. Vorm voorziening voor transitievergoeding
Werkgevers moeten bij ontslag vrijwel altijd een transitievergoeding betalen van 1/3e maandsalaris per volledig dienstjaar, met een maximumbedrag van circa € 100.000 per werknemer. Als het jaarsalaris hoger is, is het brutoloon de grens. Vorm een voorziening in de jaarrekening over 2025 als aan alle voorwaarden is voldaan:
- de verplichting is ontstaan vóór de balansdatum;
- de uitgave is toerekenbaar aan de verslagperiode 2025 (bijvoorbeeld wegens geplande reorganisatie of onvermijdelijk ontslag);
- er bestaat voldoende redelijke mate van zekerheid dat betaling van de transitievergoeding zal plaatsvinden.
Leg de inschatting en onderbouwing (bijvoorbeeld gesprekken over herstructurering of disfunctioneren) zorgvuldig vast om de voorziening te staven.
- Plan contractverlengingen voor WWZ-optimalisatie
Omdat per 1 januari 2026 het wettelijk minimumloon voor 21-plussers stijgt naar € 14,71 per uur, is het verstandig uiterlijk één maand vóór afloop van tijdelijke contracten van zes maanden of langer schriftelijk te bevestigen of het contract verlengd of beëindigd wordt. Voor contracten die in december 2025 aflopen, betekent dit dat je vóór 1 december 2025 moet beslissen of je wilt verlengen.
- Bereid organisatie voor op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden uitzendkrachten
Vanaf 1 januari 2026 krijgen alle uitzendkrachten en gedetacheerden recht op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden als vaste medewerkers in vergelijkbare functies. Dit betekent dat niet alleen loon en toeslagen gelijk moeten zijn, maar het totale pakket aan arbeidsvoorwaarden: vakantiedagen, reiskostenvergoeding, scholingsmogelijkheden, eindejaarsuitkering, bonusregelingen en andere secundaire en tertiaire arbeidsvoorwaarden. Het bekende systeem van inlenersbeloning verdwijnt volledig. Zorg ervoor dat je volledige arbeidsvoorwaardenpakket actueel en compleet in kaart is gebracht, inclusief personeelshandboek, bedrijfsregelingen en aanvullende voorzieningen zoals sportabonnementen of fietsplannen.
51. Sluit administraties op elkaar aan
Controleer eind 2025 of je loon- en financiële administratie op elkaar aansluiten. Zo traceer je snel (belaste) vergoedingen die in 2025 zijn uitgekeerd maar niet in de loonadministratie staan, waardoor geen loonheffing is afgedragen.
Draag de achterstallige loonheffing alsnog af, dit kan onder voorwaarden middels eindheffing.
- Voorkom bijtellingsverhoging elektrische auto’s
De bijtelling voor elektrische auto’s stijgt vanaf 2026 niet in één keer naar 22%, maar geleidelijk. In 2026 geldt 18% over de eerste €30.000 van de cataloguswaarde (daarboven 22%), in 2027 wordt dat 20%, en pas vanaf 2028 geldt 22% over de hele waarde. Sluit nog in 2025 een leasecontract af om vijf jaar lang van het huidige gunstigste tarief (17% tot €30.000) te profiteren.
53. Leg bijtelling fiets vast vóór 31 december 2025
Vanaf 2026 wijzigt de bijtelling voor ter beschikking gestelde fietsen. Voortaan geldt geen bijtelling als de fiets maximaal 10% van de tijd thuis wordt gestald. Leg daarom vóór 31 december 2025 schriftelijk in arbeidsovereenkomsten of personeelshandboeken vast dat bedrijfsfietsen niet structureel thuis mogen worden gestald. Dit voorkomt discussies met de Belastingdienst en stelt werknemers op de hoogte van de nieuwe regels.
Let op!
Deze maatregel werkt terug tot 1 januari 2020, dus ook voor bestaande fietsregelingen.
54. Check resterende vrije ruimte 2025
Benut de vrije ruimte van de werkkostenregeling optimaal in 2025 en beloon je werknemers extra. Bereken hiervoor de vrije ruimte over 2025: 2% van de totale loonsom tot € 400.000 (max. € 8.000) plus 1,18% van het deel van de loonsom boven € 400.000. Controleer hoeveel vrije ruimte je nog hebt en zet deze in voor bijvoorbeeld kerstpakketten, thuiswerkvergoedingen of bedrijfsfitness.
Tip
Maakt je bedrijf deel uit van een concern? Vergelijk of bereken per vennootschap of de concernregeling gunstiger is.
55. Keer gebruikelijke bonus in 2025 onbelast uit
Heb je eind 2025 nog vrije ruimte over en wil je werknemers een bonus geven? Betaal deze bonus vóór 31 december 2025 en laat hem in de vrije ruimte van de werkkostenregeling vallen.
Tip
Het ministerie van Financiën accepteert een bonus van maximaal € 2.400 per werknemer per jaar zonder nadere onderbouwing. Als dga kun je jezelf bij voldoende vrije ruimte ook een bonus van € 2.400 toekennen.
Let op!
Wil je een hogere bonus uitkeren? Zorg dan voor bewijs dat een dergelijk bedrag gebruikelijk is in jouw branche. De bonus mag niet meer dan 30% afwijken van wat gangbaar is voor vergelijkbare functies in jouw sector.
56. Maak afspraken over thuiswerken
Werkgevers mogen vanaf 2025 een onbelaste thuiswerkvergoeding geven van maximaal € 2,40 per thuiswerkdag. Dit kan een vaste vergoeding zijn volgens een structureel thuiswerkpatroon. Per dag kun je óf deze thuiswerkvergoeding óf de onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer toekennen. Heb je in 2025 nog geen thuiswerkvergoeding ingevoerd? Bespreek dan in 2025 met je werknemers hoe je dit vanaf 1 januari 2026 gaat regelen.
Tip
Zet je thuiswerken structureel in? Dan heb je mogelijk minder kantoorruimte nodig. Onderhandel met de verhuurder over krimp of verhuur overtollige ruimte om kosten te besparen of extra huurinkomsten te genereren.
57. Plan RVU nog voor 31 december 2025
Neem vóór 31 december 2025 een definitief besluit over RVU-afspraken met je werknemers, want de huidige RVU-regeling loopt op die datum af. Daarna geldt alleen voor zware beroepen een nieuwe regeling en vervalt de vrijstelling waardoor een pseudo-eindheffing van 52% boven op de reguliere loonheffing komt. Leg het besluit formeel vast.
58. Richt vóór 2026 personeelsfonds op
Wil je je werknemers in financieel krappe tijden steunen met onbelaste uitkeringen of verstrekkingen? Richt dan nog in 2025 een personeelsfonds op. Uitkeringen uit het fonds zijn onbelast als de werkgeverbijdrage over de laatste vijf jaar niet hoger is dan de totale werknemersbijdragen in die periode. Bestaat het fonds korter dan vijf jaar, vergelijk dan over het volledige bestaan. Werknemersbijdragen houd je in op het nettoloon.
Tip
Stel het fonds in 2025 in en houd werknemersbijdragen in op de dertiende maand of eindejaarsuitkering. Zo kun je zelf in 2025 nog een werkgeversbijdrage leveren.
59. Houd personeelsfeestje 2026 op de zaak
Plan je begin 2026 een personeelsfeest? Organiseer het dan op de werkplek. Zo blijven de kosten voor drankjes, hapjes en entertainment onbelast onder de werkkostenregeling. Kies je voor een externe locatie, dan geldt zowel voor het feest als de consumpties eindheffingsloon tegen factuurwaarde. Je kunt dit wel met je vrije ruimte compenseren, maar dat benut vroeg in 2026 al een deel van die ruimte.
Tip
Consumpties op de werkplek zijn onbelast voor werknemers van andere vestigingen, locaties of kantoren én voor werknemers van gelieerde entiteiten binnen de concernregeling.
60. Pas op met de concernregeling voor 2026
Bestaat je bedrijf uit meerdere vennootschappen (waarbij je ≥ 95% van de aandelen bezit)? Dan lijkt de concernregeling van de werkkostenregeling aantrekkelijk omdat je de vrije ruimte over het hele concern mag toepassen. Voor 2026 bedraagt de vrije ruimte bij concernregeling: 2% over de eerste € 400.000 loonsom (max. € 8.000) plus 1,18% over het deel daarboven. Zonder concernregeling krijgt élke vennootschap afzonderlijk 2% over haar eerste € 400.000 en 1,18% daarboven. Kleinschalige dochters met een lage loonsom kunnen zo meer voordeel halen uit hun eigen vrije ruimte. Bereken daarom vóór 1 januari 2026 of de concernregeling werkelijk gunstiger is.
Tip
Mocht de concernregeling voor 2026 achteraf toch nadelig uitpakken, dan kun je uiterlijk bij de aangifte over het tweede tijdvak van 2026 alsnog kiezen om de concernregeling niet toe te passen.
61. Check of de sectorindeling voor 2026 klopt
Eind 2025 ontvang je van de Belastingdienst een beschikking met je sectorindeling en de bijbehorende premiepercentages voor de Werkhervattingskas (Whk) over 2026. Controleer of de ingedeelde sector overeenkomt met de activiteiten van jouw onderneming. Een onjuiste sectorindeling kan namelijk leiden tot een aanzienlijk hogere Whk-premie.
62. Voltooi afsluiting loonadministratie 2025
Sluit de loonadministratie over 2025 af vóór de loonaangifte over het laatste tijdvak van 2025. Controleer of je per werknemer een kopie van het identificatiebewijs hebt, alle vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen correct hebt verwerkt en declaraties van aan werknemers vergoede kosten compleet hebt opgenomen. Zo voorkom je vertragingen en correctieverzoeken bij de Belastingdienst.
63. Check vóór 2026 administratie van uitzendkrachten
Maak je in 2025 gebruik van uitzendkrachten, gedetacheerden of andere niet-werknemers? Controleer dan vóór 31 december 2025 of je administratie op orde is. Zorg dat je per medewerker identiteitsgegevens noteert (type document, nummer, geldigheid) en uren, loon en vakantiebijslag hebt vastgelegd. En controleer ook de registratiegegevens bij het uitzendbureau, want nalatigheid kan leiden tot een boete van € 8.000 – € 32.000 per medewerkermet mogelijk hogere boetes bij recidive.
64. Pas vóór 14 december 2025 jouw aangiftetijdvak aan
Wil je in 2026 een ander aangiftetijdvak voor de loonheffingen gebruiken (bijvoorbeeld vanwege vierwekelijkse salarisbetalingen)? Dien dan vóór 14 december 2025 het formulier ‘Wijziging aangiftetijdvak loonheffingen’ in bij de Belastingdienst. Ontvangt de inspecteur je wijzigingsverzoek na 14 december, dan kun je niet vóór 2027 overschakelen op een nieuw aangiftetijdvak.
65. Verleg inhoudingsplicht binnen concern
Heeft je concern buitenlandse onderdelen? Overweeg dan om de loonheffing- en dividend- of rente-inhoudingsplicht te verleggen naar het Nederlandse concernonderdeel. Dien gezamenlijk vóór 1 januari 2026 een verzoek in bij de Belastingdienst voor deze verleggingsregeling. De jaarwisseling is een goed moment om de administratieve lasten voor je buitenlandse dochters te verminderen.
66. Zorg voor 31 december 2025 voor een nieuwe A1-verklaring
Heb je werknemers in dienst die in Nederland werken maar in het buitenland wonen? Dan geldt voor hen het aangifte- en inhoudingsregime voor sociale premies in het land waar ze verzekerd zijn. Een A1-verklaring van de buitenlandse sociale zekerheidsinstantie biedt zekerheid over welk stelsel van toepassing is. A1-verklaringen zijn maximaal twaalf maanden geldig. Inventariseer daarom eind 2025 welke verklaringen per 31 december 2025 aflopen. Vraag die nieuwe A1-verklaringen nog in 2025 aan, zodat je voor 2026 zeker weet of je sociale premies in Nederland dan wel in het woonland moet afdragen.
67. Verleng werkvergunningen vóór 2026
Heb je werknemers met een niet-EU/EER-nationaliteit die werken op basis van een tewerkstellingsvergunning of gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid? Controleer uiterlijk 31 december 2025 of één of meer vergunningen aflopen. Vraag bij een aflopend vergunningsjaar direct verlenging aan zodat continuïteit van tewerkstelling in 2026 is gewaarborgd.
Tip
Voor werknemers met de Zwitserse nationaliteit zijn, net als voor EU/EER-onderdanen, geen tewerkstellingsvergunningen vereist.
68. Breng gevolgen wijziging 30%-regeling in kaart
Wil je buitenlandse werknemers werven onder de 30%-regeling in 2026? Bereid je dan alvast voor op belangrijke wijzigingen per 1 januari 2027: de maximale onbelaste vergoeding daalt van 30% naar 27% van het brutosalaris, terwijl de minimale salarisnormen fors stijgen naar € 50.436 voor reguliere werknemers en € 38.338 voor hooggeschoolden jonger dan 30 jaar.
Let op!
Beschikkingen die uiterlijk 31 december 2023 zijn ingegaan, behouden na 2027 de volledige 30%-vergoeding, terwijl werknemers die vóór 1 januari 2025 voor het eerst de regeling kregen de huidige (geïndexeerde maar niet verhoogde) salarisnormen behouden. Zorg daarom dat je vóór eind 2026 in kaart hebt welke lopende beschikkingen onder het overgangsrecht vallen, welke nieuwe wervingen in 2026 mogelijk niet meer aan de strengere normen voldoen en wat de financiële impact is op loonkosten en het netto-inkomen van internationale medewerkers.
69. Bepaal de werkelijke extraterritoriale kosten
Op grond van de 30%-regeling mag een werkgever 30% van het loon van een uit het buitenland geworven werknemer onbelast vergoeden, met een maximale grondslag van € 246.000 (bedrag 2025). Omdat het om een forfait gaat, kunnen de werkelijke extraterritoriale kosten hoger uitvallen. Bereken daarom voor 2026 de werkelijke extraterritoriale kosten (denk aan tijdelijke huisvesting, dubbele huisvesting, reiskosten, maaltijden en overige bijkomende kosten) en vergelijk dit met het forfait van 30% van het loon. Als de werkelijke kosten hoger zijn, kun je ervoor kiezen de forfaitaire regeling niet toe te passen maar de daadwerkelijke kosten onbelast te vergoeden. Zorg dat in de loontijdvakken waarin je de werkelijke kosten vergoedt, aan alle voorwaarden van de 30%-regeling wordt voldaan.
Tip
De keuze tussen forfait en werkelijke kosten geldt per kalenderjaar. Je kunt in 2026 dus een andere keuze maken dan in 2025.
AUTO
70. Check gebruik van bedrijfsauto in 2026
Heeft een werknemer een auto van de zaak ter beschikking? Informeer vóór 1 januari 2026 of de werknemer in 2026 naar verwachting niet meer dan 500 privékilometers zal rijden. Blijft het privégebruik ≤ 500 km? Laat de werknemer dan een ‘Verklaring geen privégebruik auto’ overleggen om de bijtelling achterwege te laten.
Verwacht de werknemer > 500 km privé te rijden? Pas dan vanaf 1 januari 2026 de bijtelling toe.
71. Bewaak de grens van 500 privékilometers
Laat werknemers die een auto van de zaak gebruiken erop toezien dat hun privégebruik in 2026 niet boven 500 km uitkomt. De standaardbijtelling bedraagt 18% over de eerste € 30.000 van de cataloguswaarde (daarboven 22%). Voor auto’s die meer dan vijftien jaar geleden voor het eerst – permanent – in gebruik zijn genomen, geldt een bijtelling van 35% van de waarde in het economische verkeer. Zorg dat werknemers tijdig een rittenregistratie bijhouden of een ‘Verklaring geen privégebruik auto’ overleggen om onverwachte bijtelling te voorkomen.
72. Laat werknemer zijn boetes betalen
Betaalt jouw bedrijf in 2025 boetes voor verkeersovertredingen of andere boetes die een werknemer heeft veroorzaakt met een auto van de zaak? Verhaal deze boetes nog in 2025 op de werknemer. Wordt dit nagelaten, dan kwalificeren de boetes als belast loon en riskeer je een naheffingsaanslag loonheffingen.
ESTATE PLANNING/PRIVÉ
- Benut definitieve box 3-vrijstelling 2026 optimaal
Het heffingsvrije vermogen in box 3 stijgt van € 57.684 naar € 59.357 in 2026. Doe daarom grote uitgaven vóór 1 januari 2026 en betaal kleine schulden af om je box 3-positie te optimaliseren.
74. Vraag snel om teruggaaf over 2020
Had je over 2020 nog recht op een teruggaaf inkomstenbelasting, maar ben je vergeten deze aan te vragen? Dan kun je dit alsnog doen tot uiterlijk 1 januari 2026. De Belastingdienst keert de teruggaaf alleen uit als het bedrag de drempel overschrijdt.
75. Vraag in 2025 nog middeling aan
Hoewel de middelingsregeling per 1 januari 2023 is afgeschaft, kun je het jaar 2024 opnemen in een middelingstijdvak van drie jaren (2022–2024). Middeling is mogelijk als je over deze periode meer inkomstenbelasting hebt betaald dan je zou hebben gedaan bij een gelijkmatig inkomen over drie jaar. Breng de herrekende belasting over 2022, 2023 en 2024 in kaart. Is de herrekende belasting per saldo meer dan € 545 lager dan de werkelijk betaalde belasting, vraag dan de middelingsteruggaaf aan. Dit verzoek moet je indienen binnen 36 maanden na het onherroepelijk worden van de aanslag over 2024. Dit kan dus ook nog in 2025.
76. Schenk in 2025 aan 39-jarig kind
Heeft je kind in 2025 zijn 40e verjaardag nog niet gevierd en is de verhoogde vrijstelling voor schenkbelasting nog niet benut? Maak dan in 2025 gebruik van de eenmalig verhoogde vrijstelling van € 32.195 door vóór 31 december 2025 een schenking te doen.
Tip
Voor een schenking voor een dure studie aan een kind tussen 18 en 40 jaar geldt een hogere vrijstelling van € 67.064 in 2025.
Let op!
De verhoogde vrijstelling is eenmalig en komt in plaats van de jaarlijkse vrijstelling. Je mag je kind naast de eenmalig verhoogde vrijstelling niet ook nog € 6.713 onbelast schenken.
77. Laat kind onderhoud aan woning in 2025 afronden
Ontving jouw kind in 2023 een schenking voor verbetering of onderhoud van de eigen woning onder de verhoogde vrijstelling (max. € 106.671 in 2023)? De vrijstelling geldt onder de ontbindende voorwaarde dat de besteding binnen twee jaar na het jaar van schenking moet zijn voltooid. Zorg dat de werkzaamheden uiterlijk op 31 december 2025 zijn afgerond, anders vervalt de vrijstelling.
78. Voeg giften zoveel mogelijk samen
Giften aan een ANBI kunnen in de aangifte worden afgetrokken. Voor giften in 2025 geldt een drempel van minimaal € 60 of, als dat meer is, 1% van het gezamenlijke drempelinkomen. Door giften zoveel mogelijk in 2025 te betalen, kom je eerder boven de drempel uit en maximaliseer je de aftrek.
Tip
Het maximumbedrag dat je kunt aftrekken, is 10% van het gezamenlijke drempelinkomen. Houd hier rekening mee bij het samenvoegen van giften in een jaar.
Let op!
Als de waarde van giften in natura in één jaar meer dan € 10.000 bedraagt, laat dan een onafhankelijke taxateur de waarde in het economische verkeer vaststellen om je aangifte te onderbouwen.
79. Doneer in 2025 aan culturele instelling
Overweeg in 2025 een gift aan een culturele ANBI voor extra fiscaal voordeel. Voor de inkomstenbelasting geldt 125% aftrek van het geschonken bedrag in plaats van 100%. De maximale extra aftrek van 25% is € 1.250.
Tip
Beschikt je eigen bv over winst? Laat de bv in 2025 schenken aan culturele instellingen. In de vennootschapsbelasting geldt dan een extra aftrek van 50% van het bedrag dat is geschonken, tot maximaal € 2.500.
80. Zet jouw gewone giften om in periodieke giften
Overweeg niet-periodieke giften aan een ANBI nog in 2025 schriftelijk om te zetten in een periodieke gift van vijf jaar. Periodieke giften zijn volledig aftrekbaar tot € 1,5 miljoen per kalenderjaar. Voor giften aan culturele ANBI’s geldt daarnaast een extra aftrek van 25% van het geschonken bedrag, tot maximaal € 1.250 per jaar.
Let op!
Voor periodieke giften die vóór 4 oktober 2022 om 16.00 uur zijn aangegaan, geldt tot en met 31 december 2026 geen maximum.
81. Betaal jouw ziektekosten vooruit
Ziektekosten zijn aftrekbaar zodra ze de drempel overschrijden, die afhangt van het gezamenlijke drempelinkomen van jou en je fiscale partner. Voor 2025 geldt bijvoorbeeld dat bij een drempelinkomen boven een bepaalde grens een percentage van het meerdere plus een vast bedrag als drempel geldt. Tel bij partners de specifieke zorgkosten en de inkomens op om de totale drempel en het aftrekbare bedrag te berekenen. Betaling vóór 31 december 2025 kan zodoende leiden tot een hogere aftrek in je 2025-aangifte.
82. Sluit nog in 2025 samenlevingscontract
Fiscaal partnerschap kan voordelen bieden, bijvoorbeeld als één van jullie het heffingvrije vermogen in box 3 niet volledig benut. Hebben jij en je partner nog geen fiscaal partnerschap voor 2025? Sluit dan vóór 1 januari 2026 een notarieel samenlevingscontract. Jullie moeten per 1 januari 2025 ongehuwd samenwonend op hetzelfde adres staan ingeschreven. Vervolgens worden jullie voor heel 2025 als fiscale partners aangemerkt.
Tip
Er bestaan vijf andere mogelijkheden om fiscaal partnerschap voor het hele jaar te verkrijgen:
- als jullie samen een kind hebben gekregen in 2025;
- als één van jullie een kind van de ander heeft erkend;
- als jullie partner zijn in elkaars pensioenregeling;
- als jullie samen eigenaar zijn van jullie woning; of
- als op jullie woonadres een minderjarig kind van één van jullie staat ingeschreven (beide partners meerderjarig).
Let op!
Fiscaal partnerschap zorgt niet alleen voor een samentelling van het heffingvrije vermogen, maar ook van de schuldendrempels (€ 3.800 per persoon in 2025). Heeft de ene partner schulden en de andere niet, dan geldt voortaan de gecombineerde drempel. Bovendien wordt het verzamelinkomen samengevoegd voor aftrekdrempels (zoals zorgkosten). Bepaal vooraf of de gezamenlijke voordelen opwegen tegen deze nadelen.
83. Betaal nog in 2025 lijfrentepremie
Heb je te maken met een pensioengat en wil je lijfrentepremies aftrekken in de aangifte 2026? Zorg dan dat je de premie uiterlijk op 31 december 2025 betaalt. Alleen daadwerkelijk betaalde premies in het kalenderjaar zijn aftrekbaar binnen je jaarruimte.
Tip
Heb je in de afgelopen vijf jaren lijfrentepremies betaald zonder ze op te geven en is de aanslag onherroepelijk? Vraag vóór 31 december 2025 ambtshalve vermindering aan door bewijs van niet-afgetrokken premies (kopieën aangiften en aanslagen) mee te sturen. Zo kom je ook nog in aanmerking voor teruggave over 2020.
Tip
Als je stakingswinst hebt omgezet in een lijfrente, mag je de premie voor die lijfrente alsnog aftrekken in 2025, mits je de premie vóór 1 juli 2026 betaalt.
84. Los kleine schulden vóór 2026 af
Kleine schulden verlagen de heffingsgrondslag in box 3 alleen voor het bedrag boven de schuldendrempel. Voor 2026 geldt per fiscale partner waarschijnlijk weer een drempel van circa € 3.800. Los daarom alle kleine schulden vóór de peildatum van 1 januari 2026 af. Zo verminder je je belastbare vermogen in box 3 en bespaar je belasting.
85. Doe nog in 2025 grote uitgaven
Heb je een vermogen boven de vrijstelling voor box 3 en voldoende liquide middelen? Overweeg dan om grotere privé-aankopen die je anders in 2026 had gedaan, denk aan een nieuwe auto of meubels, nog vóór 1 januari 2026 te betalen. Dergelijke bezittingen vallen niet onder de grondslag voor de box 3-heffing op de peildatum, terwijl je spaargeld dat je hiervoor inzet op 1 januari 2026 niet meer meetelt voor de vermogensrendementsheffing. Zo voorkom je dat je over dat bedrag een forfaitair rendement betaalt dat in 2026 naar verwachting hoger zal zijn (onder meer 6% voor overige bezittingen) en waarbij de heffingsvrije grens stijgt van € 57.684 naar € 59.357.
86. Betaal belastingaanslagen vóór 2026
Openstaande belastingschulden tellen niet mee als schuld in box 3. Betaal daarom ontvangen aanslagen inkomsten-, vennootschaps- of omzetbelasting nog vóór de peildatum op 1 januari 2026, zodat het geld hiervoor op die datum niet meer als vermogen in box 3 wordt meegenomen.
Let op!
Erfbelasting vormt een uitzondering; een nog niet betaalde erfbelastingschuld mag je wel als schuld in box 3 opvoeren. Zorg er dus voor dat alleen een aanslag erfbelasting eventueel openstaat op 1 januari 2026, en betaal al je andere aanslagen vóór 31 december 2025.
87. Dien vóór 1 november 2025 jouw verzoek om een voorlopige aanslag in
Vraag vóór 1 november 2025 bij de Belastingdienst een voorlopige aanslag inkomstenbelasting aan met een te betalen bedrag dat je meteen voldoet. Betaal je de aanslag nog vóór 31 december 2025, dan mag je het betaalde bedrag op je box 3-vermogen per peildatum 1 januari 2026 in mindering brengen, ook als de definitieve aanslag pas daarna wordt vastgesteld.
88. Overweeg een bezwaar tegen een eind 2024 opgelegde box 3–aanslag
Heb je eind 2024 een aanslag inkomstenbelasting ontvangen op basis van het forfaitaire box 3-rendement, en overtreft dit forfaitaire rendement jouw werkelijke rendement? Dan kan bezwaar zinvol zijn. Sinds het arrest van de Hoge Raad op 24 december 2021 is het box 3-stelsel onrechtmatig volgens Europees recht. Ook het aangepaste systeem schendt nog steeds Europees recht. Bij bezwaar geldt: het werkelijke rendement wordt berekend over je volledige box 3-vermogen vóór aftrek van de heffingvrije grens. Inflatie en rendementen uit andere jaren mogen niet worden betrokken. Alle inkomsten (rente, dividend, huur) én ongerealiseerde waardeveranderingen tellen mee voor het werkelijke rendement.
Let op!
De bezwaartermijn is zes weken na de dagtekening van het aanslagbiljet. Je kunt ook een ambtshalve vermindering aanvragen, maar dat lukt niet als het aanslagjaar meer dan vijf jaar geleden is geëindigd of de vermindering berust op nieuwe jurisprudentie.
89. AOW’er moet tijdig beginnen met bedrijf
Voor toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) geldt een minimale bezitstermijn: één jaar bij vererving en vijf jaar bij schenking. Vanaf 1 januari 2026 worden deze termijnen voor oudere erflaters en schenkers verlengd met zes maanden per jaar dat zij ouder zijn dan respectievelijk AOW + 2 jaar (vererving) of AOW + 6 jaar (schenking). Deze verlenging blijft achterwege als de erflater of schenker uiterlijk binnen twee jaar na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd is gestart met de onderneming. Plan daarom de start van een onderneming na je AOW-datum binnen deze tweejaarsperiode, zodat de standaardbezitstermijnen blijven gelden voor een fiscaal voordelige overdracht.
- Gebruik overgangsrecht bedrijfsopvolgingsregeling
Per 2026 gelden strengere regels voor de BOR: herhaald gebruik is niet toegestaan en er komen langere bezitstermijnen voor oudere schenkers/erflaters. Plan bedrijfsoverdrachten tijdig en benut de verkorte voortzettingstermijn van vijf naar drie jaar, die al per 2025 geldt.
- Cryptovaluta en DAC8-rapportage
Bereid je voor op de automatische rapportage cryptotransacties vanaf 2026. Crypto-aanbieders worden verplicht om vanaf 1 januari 2026 transactiegegevens met de Belastingdienst te delen. Zorg dat je cryptobezit correct wordt opgegeven in box 3 en houd nauwkeurig bij welke transacties je in 2026 hebt gedaan, aangezien de eerste rapportage op 31 januari 2027 plaatsvindt over het jaar 2026.
- Maximaliseer schenkingsvrijstellingen over jaargrens 2025-2026
Ouders kunnen in 2025 € 6.713 belastingvrij schenken aan kinderen, in 2026 wordt dit bedrag geïndexeerd (waarschijnlijk naar € 6.908). Door slim te plannen rond de jaarwisseling kun je in korte tijd twee keer de jaarlijkse vrijstelling gebruiken.
93. Verlaag toetsingsvermogen toeslagen vóór 1 januari 2026
Controleer vóór 31 december 2025 of je vermogen op 1 januari 2026 nog onder de nieuwe grenzen voor huurtoeslag en zorgtoeslag/kindgebonden budget blijft. Een overschrijding van slechts € 1 zorgt voor verlies van een toeslag voor heel 2026, dus doe grote uitgaven, betaal rekeningen of los leningen af in december om je toetsingsvermogen te verlagen.
94. Inkomensdaling doorgeven voor toeslagherberekening
Meld elke inkomensdaling in 2025 nog vóór de jaarwisseling bij de Belastingdienst om een hoger of nieuw recht op toeslagen te krijgen. Of je nu minder werkuren hebt, je partner is gestopt met werken, studiefinanciering vervalt of je uitkering verandert, een tijdige wijziging leidt tot herberekening van zorgtoeslag en kindgebonden budget.
EIGEN WONING
95. Stel verkoop (hypotheekvrije) woning uit tot 2026
Verkoop je je hypotheekvrije woning vóór 1 januari 2026, dan valt de verkoopopbrengst op de peildatum 1 januari 2026 in de grondslag voor de box 3-heffing. Wacht je met de overdracht, dan telt de ontvangen koopsom pas mee bij de vermogensrendementsheffing van 2027. Hiermee voorkom je dat de verkoopopbrengst in 2026 je box 3-vermogen verhoogt en betaal je geen box 3-belasting over dat bedrag in het jaar 2026. Zorg ervoor dat de leveringsakte niet eerder dan 1 januari 2026 wordt gepasseerd.
96. Betaal hypotheekrente 2026 vooruit
Val je in 2025 nog in een hogere belastingschijf, bijvoorbeeld tot aan je AOW-datum, betaal dan vóór 31 december 2025 de rente voor de eerste zes maanden van 2026. Zo kun je deze renteaftrek nog benutten tegen het hogere tarief van 2025. Zorg dat je niet meer rente vooruitbetaalt dan verschuldigd is voor de periode tot 1 juli 2026, want de inspecteur weigert excedenten als aftrekpost.
97. Los hypotheek in 2025 af
Heb je een (gedeeltelijk) aflossingsvrije hypotheek met een rente die netto hoger is dan het rendement op je box 3-vermogen? Overweeg dan om vóór 31 december 2025 een deel van je schuld boetevrij af te lossen (meestal tot 10 – 20% van de hoofdsom per jaar). Zo verlaag je niet alleen je toekomstige rentelast, maar realiseer je vóór de peildatum 1 januari 2026 ook een lager box 3-vermogen, waardoor je minder vermogensrendementsheffing betaalt. Zorg dat je de aflossing en betaling uiterlijk 31 december 2025 afrondt.
98. Overweeg aflossingsachterstand bij lening van je bv
Heb je een eigenwoningschuld bij je eigen bv en los je niet (geheel) annuïtair af? Dan kan de schuld in box 3 terechtkomen. Hoewel je dan de rente niet als hypotheekrenteaftrek in box 1 mag aftrekken, verlaagt de box 3-schuld je belastbaar rendement: je mag het saldo van al je schulden boven de drempel van € 3.800 per persoon in box 3 aftrekken, tegen het forfaitaire schuldrendement van 2,62%. Bereken wat voordeliger is: aflossen zodat je rente in box 1 aftrekt of niet aflossen, waardoor je schuld meetelt in box 3 en je voordeel hebt van het negatieve forfaitaire rendement.
Let op!
Leningen van vóór 2013 onder het oude regime kunnen niet naar box 3 verschuiven bij achterstand.
99. Ga in 2025 een schuld voor verbouwing aan
Staat er een ingrijpende verbouwing van je eigen woning op de planning? Sluit dan de financieringsovereenkomst en ontvang de gelden nog in 2025. De opgebouwde schuld vermindert je box 3-vermogen op de peildatum 1 januari 2026, waardoor je minder vermogensrendementsheffing verschuldigd bent.
Let op!
Een omvangrijke verbouwing kan de WOZ-waarde van je woning verhogen, waardoor het eigenwoningforfait stijgt.
100. Koop in 2025 of 2026 economische eigendom
Ben je tussen de 18 en 35 jaar en koop je (een deel van) de economische eigendom van een eigen woning tot € 525.000 (2025) of € 555.000 (2026)? Dan kun je de startersvrijstelling of het verlaagde 2%-tarief overdrachtsbelasting benutten, zolang je zelf in de woning gaat wonen en niet eerder van deze vrijstelling hebt gebruikgemaakt. De regeling geldt nu óók bij aankoop van economische eigendom; let er wel op dat de vrijstelling bij latere juridische levering niet opnieuw toegepast kan worden.