Als de aandeelhouder en enig bestuurder van frauderende bv’s niets onderneemt terwijl
hij weet dat de administratie niet op orde is, is er al snel sprake van het feitelijk
leiding geven aan btw-fraude.
Een man is (indirect) aandeelhouder en bestuurder van drie bv’s die elk een autohandel
drijven. De bv’s dienen voor meerdere jaren onjuiste btw-aangiften in door behaalde
omzet deels te verzwijgen en ten onrechte btw af te trekken. Zij verstrekken tijdens
boekenonderzoeken ook niet de gevraagde administratie. Er wordt een strafrechtelijk
onderzoek ingesteld, waarbij de officier van justitie de btw-fraude berekent op € 158.148.
Feitelijk leiding geven aan btw-fraude Rechtbank Overijssel acht bewezen dat de man feitelijk leiding heeft gegeven aan de
btw-fraude bij de autohandelaren. Ook het niet verstekken van de administraties kan
hem als enig bestuurder worden verweten. Hij heeft zelf aangegeven dat hij wist dat
de administratie niet op orde was, maar heeft toch niets ondernomen om een goede administratie
te waarborgen. Zijn vader functioneerde als zijn adviseur en boekhouder, maar het
is niet gebleken dat deze een ‘gezaghebbend financieel adviseur’ was, zodat de man
niet op die advisering kon vertrouwen. De rechtbank veroordeelt de man, mede gezien
zijn psychische problemen (PTSS), tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van acht
maanden met een proeftijd van drie jaar. Hij moet naast de voorwaardelijke gevangenisstraf
ook een taakstraf van 240 uur verrichten. Als hij de taakstraf niet naar behoren uitvoert,
gaat hij alsnog 120 dagen in hechtenis.
Bronnen: Rb. Overijssel 08-06-2023 (gepubl. 08-06-2023)